Categorie archief: Reflectie

Een Statler & Waldorfje (Swoon 37)

Bloginspiratie komt niet, of juist alom. De muze wierp me ’t veertje toe, waarmee Matroos Beek haar zelfbeeld scheef zag gebreid. Terug dus naar de knutseluurtjes op school, waarvan ik denk : ” Ochotte, raaaaaaaaaaammmmmmp-zaaaaaaaaaaa-ligggggggggg”.

Handwerk is (mijn) horror, beste lezers. Met gestoorde, toen niet eens deftig in de steigers staande motoriek helemààl. Een lefty zijn draagt in deze geenszins bij.

‘Demonstratief linkshandig’, was destijds explosief, voor wat bedoeld was als gezellig theekransje – met Moedersmoeder en diens zus Alies. Moederstante was niet wat je noemt het grootste licht, en megalomaan antiek in denken, bovendien. Op brandweervolume kreette ze dat ‘linksepoten wel van de duvel bezocht’ waren ???????!!!!!!!!!!’

Ku-uccccccccccccccccccccchhh. Krijg dat op je bord tijdens je afternoon-tea.

Nu vind ik het ronduit hilarisch. Toen zette het de traansluizen open.

Arme, arme grootmoeder. Je wil het niet dromen dat je zus, dochter en kleinkind in één-en-hetzelfde incident betrokken zijn. Respectievelijk als oen/kop van Jut.

Zat mijn moeder penibel gewrongen, (mijn) zus was dusdanig verbouwereerd, dat ze zowel de koffie- als de theekan leegkiepte in één mok. Niet goed, niet goed.

Gelukkig was Mit ’n vrouw van de daad. Ze stelpte de watervallen goeddeels, met een vastberaden en overduidelijk woest toegeblaft, “ALLLLLLLLLIEEEESSSSSSSSSSSS, hoe duurrrrrrrrrffffffffffffffffffffde !!!!” Een paardenmiddel, dat zijn effect niet miste, beste lezers !

Haar pàl voor mijn neus geafficheerde afkeer trok veel recht, bij de ‘linksepootclub’ die we thuis waren.

Want, Vadermans was óók meervoudig betrokken partij – hoewel hier stille vennoot. Zijn moeder én broer waren ook geen rechts-schrijvers, namelijk, al wist ik dat toen niet.

Logisch, want Gulliver’s moeder had zoveel ‘handenslaag’ geïncasseerd dat ik ‘r nevernooit heb zien schrijven. Dit trauma spoorde niettemin aan tot ‘een boomstam’ steken voor de herhaling bij haar oudste zoon.

Nonkel trof ’n begripvolle meester, die weliswaar rechts prefereerde, maar de linkse schriftuur waardeerde, wegens mooi. ’t Resulteerde in ‘ongeslagen tweehandige schoonschriftschrijver’. Die, toen ik de schrijffase inging, vurig supporterde, want dat links-zijn had ik, als zijn petekind, toch van hem, zekerst !

Waren ze thuis heulemaal mee, met ‘op het oog gevaarlijk onhandig, maar eigenlijk niet’, op school was ’t nop.

’t Zal ergens rond de zesde klas (groep 8) zijn geweest, dat ik uit mijn weerbarstige motoriek een soortement mandala-tekening had weten te wringen. Mét resultaat, al zeg ik ’t dan zelluf.

Ik dus uitpuffen, én jubelen, binnenin. Enter de goedkeurende juf. Hoerastemming, en zelfbeeld ok.

Toen de co-juf, die zuurtjes keek ? Ja! werd ‘maar’ en “waarom hebde da nu ZO gedaan !”. Pats ! Daar lag m’n prille kunstenaarshart aan diggelen. Naast zelfbeeld, en de façade, want de tranen brandden gemeen.

Tja, de één kon de ander voor ’n kinderhart niet afvallen, natuurlijk. Dus ging het van ‘goed’ naar ‘niet slecht’ naar ‘kan beter’ naar ‘trekt op niks’.  Wegens duobaan dubbelop, uiteraard. Statler en Waldorf waren er schàtjes bij.

Moeders had flink kluif aan het opvijzelen van duchtig verguisd moreel. Mana-mana zeggen was toen (nog) geen sterk punt …

’t Is dit juffen-duo op ingewreven imagoschade komen te staan, die eerstvolgende ouderavond !

Twéé mopperpotten, dan kom je natuurlijk bij Muppets en ’n schouwburgbalkon uit.

Mana mana !

Voor meer zwijmelplezier, klik hier.

Advertentie

Malaguena Matador : Swoon 28

Waar het hart van vol is loopt het scherm van over, beste lezers. Tot mijn eigen grootste verbazing serveerde ik de afgelopen tijden sportgetinte columns. No worries, dit wordt niet de zoveelste. Ik ben weer mijn eigen sport-vrije zelluf.

Maar : ik maak toch van die oeffffffff maar een oei, want het moment om uit mijn sportbubbel te stappen is wel errugg ongelukkig : de Olympische Spelen,  begot. Wie de sluiproute om aan deze sportieve kwelling te ontkomen kent, let me know.

Simpeltjes zal ’t niet wezen, als ik alle nu al opgedraaide zenders mag geloven, die al dàgen met de grootst mogelijke stelligheid roeptoeteren, dat ze vanaf twéé uur ’s middags tot dieeeeep in de nacht verslag zullen uitbrengen, zodat je niets hoeft te missen. Hm. Kan is een beter woord. Grumbeldemumbellllllllllllfrusssssssssssstratie.

In medialand is het verder ook maar frut : lange reportages, vaak niet voor het eerst te zien. Dan kan het twee kanten op : razend interessant of bedroe-vend sa-haai. Geeeeeeeeeeeeuww.

Van de nu al bekende najaarsprogrammatie word ik tot dusver ook geen blij mens, want al zegt het promootje dan wel dat het vonken gaat geven, ik ben stilletjes, bij mijn eigen, toch bang dat we het kleuter-niveau ontstegen zijn. Neerwaarts, wel te verstaan.

Enfin, Gezegend ben ik dat ik blog, en dat mijn lidgeld voor de bieb net is gestort. Kan ik fijn die hele hannekesnest laten voor wat ie is.

Ook een strakke actie voor de dagelijkse bulletins, die zonder uitzondering te vatten zijn onder de vlag “waar staat uwe kop ?” Erdogan die na de coup heulemaal los gaat in ’n uiterst gevaarlijke riching. Verder :  losgeslagen nozems, onder wie één, die een hoogbejaarde herder koudmaakt –  in zijn eigen kerk, dan nog. De kop staat er misschien nog op, maar de hersens zijn al lang buiten gebruik, me dunkt.

Met dat compleet verziekte geval moest daarop flink geleurd : niemand stond te springen om z’n stoffelijk overschot. Tussen al die ????????? in mijn hoofd ook de vraag hoe die ouders ineensteken, en als ze convenabel zijn, de bedenking ‘je zal ’t maar thuis krijgen’.

En wat te denken van die bedrade student, die hartje hittegolf van laatst, in de dikst mogelijk winterjas ging rondhupsen, in de door aanslagen getroffen hoofdstad. Ieder en allen het attaque nabij, en de hele veiligheids-halfse bollenwinkel paraat.

Naast eens achter je oor krabben, kan je hier heel wat vragen bij stellen. Bij voorbeeld : wie gaat dat betalen… ? Te zot om te bedenken, als het niet zo heuselijk echt was. Het zwijgende rectoraat zit in zeerdoend knellende lotusschoentjes.

Ook schreeuwend stil blijft ‘t, rond dat absoluut geen kwaad kunnend lotus-inzicht der politiediensten. Het licht mag van mij per direct aan rond “waarom ?” die hele kermis  vier uur aan de gang bleef. Trommelvlies-doorborende stilte.

Tussen alle terror-nieuws door, andere flardjes die blijven hangen. Waarbij je niet anders kan dan denken : Ochotte, krijgt dat voor.

De matador-ondergang. Het zal je kind maar zijn, dat daar ocharm live – voor het oog van de wereld – geregen wordt. Muy triste. Wat heb je dan nog aan Spaanse folklore, die al eeuwenlang bestaat ? Tss.

Ze zal niet wijken, daar verander je niks aan. Maar ik voel boos bij ‘ al 30 jaar geleden ‘. Ja-ha, en al die gevallenen achter de coulissen dan ?! Unfair, niet alleen in feit, maar ook nog eens in telling …

Actualiteit. Altijd reuring. In de wereld, in hoofd en hart – hopelijk.

Dus vandaag, voor al dat nieuws dat pijnlijk ondergesneeuwd raakt, en waarin je best niet participeert, ’n temperamentvol fragment met toepasselijk dramatische aaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaahhhhhhhhhh aan het eind.

En dan. Dan lees je dit, en gaat ’t wat beter. Pleister voor het beurse hart.

Voor meer zwijmelplezier, klik hier.

Soft sides : 2015 wrap-up

Make it stick out, vonden mijn celletjes, en dus pas nu, Soft sides again.

Wat is met z’n cheesy crust aan mijn ribben blijven plakken ? Tafereeltjes in  woord, beeld en klank. In random order of appearance … 2015 aaneengeregen van dag tot draad. Enjoy, beste lezers !

Europa kijkt naar zichzelf in de spiegel, hoop ik, wijl ’t een eindeloze vluchtelingenstroom ziet. Bij de beelden van de in Duitsland toekomende treinstellen kan ik alleen maar aan Ofra Haza denken. Trains of no return, in september.

Gelukkig weet de Duitse kanselier Angela Merkel van aanpakken. “Wir schaffen das ! ” is DE kreet” van 2015 …

“Geschaft” : Stromae takes America – Hij trekt naar New York. Formidable it is, maar geef mij maar Evora, of Tous Les Mêmes…

Bij de actua moet je vaak nogal wat wegslikken. Doe mij maar een bakkie … Wie weerstaat ook zulk een vastberaden en fluks kopje ? Irresistible, dit porceleintje !

Duizend bommen en granaten, zei ene Tuizendfloot. Ze kwamen erg dichtbij. Ook in Belgenland, met terreurdreigingsniveau vier, failed state-geroep, kattenfilmpjes en koekeloerepoezewoefkes en wat mij betreft : Howard for President !

Zomer 2015 was een woestijnzomer. Mijn woonkamer doet gezellig mee. 37° ! De vissen in mijn nieuwe visbak begeven het, snif. Nja, ze woonden dan ook niet in Bert’s cowboyhoed …

De kouwe melk is basis voor een Nesquick-cocktail.  Ideaal bij Tour-kijken. Ik zie Greg Van Avermaet winnen. Hoezee ! Maar de nummer twee in die rit steelt mijn hart. Yep, ik heb een apig boontje voor Peter Sagan.

Bij zoveel sportiviteit zou een mens aan de Superfood gaan. De niet aflatende hitte suggereert echter meer Konijneneten

maar doe mij maar een stukje nougatine ! Viel ook bij Moederszus in de smaak, want ik kreeg van Vadermans een mailtje : ” Moederszus was very amused”. Hoera ende joepie !

Toch was het in het afgelopen jaar wel es van Cherchez la femme. Tja, blogschrijfgewijs maakte ik mijn eigen credo niet waar. Elke maand in het archief lukte niet. Maal drie. Gelukkig holden m’n lezers niet allemaal weg. Er kwamen een paar nieuwe – en ééntje kwam weer terug.

Met een pracht van een commentje. “Je schrijft nog steeds even inimitabel als voorheen, en ik blijf het keer op keer boeiend vinden.” Menck, Twaait.”

Jaa, Ariadnesdraad is trots op haar lezers. Ook de reageerders op de inkijk in mijn ziel – Vamos the children – , zitten in mijn hart. #gouden reageerders. Duimpje op voor al wie regelmatig hier op blogvisite kwam… !

Je suis Charlie, je suis Pino, en de Pineut ook wel es ja. Icoon Martine Tanghe verdween uit het Groot Dictee, al weet ik nu wel hoe je Ovale bijzettafeltje schrijft en Sesamstraat – jeugdsentiment – zei ook Adieu. Hoera voor de Bert en Ernie-tjes op You Tube !

Mijn ‘wasmasjien‘ vond : “lekker draaien, doe ’t voortaan zelf” en er waren er die ‘lekker graaien’ praktiseerden en me het begrip knuffeldiefstal bijbrachten. Banaal, maar belangrijk. Geleerd dit jaar : er bestaat burgerzin, en schatten van verkoopsters ook.

Herstel van ’n hartverzakking : een mok hete koffie nà sluitingstijd, een alarmfase blokkerende Gulliver en lekker uit je slof schieten tegen blauwfrakskes, die niet vooruit te branden zijn. Geweldig als het over PV’s gaat, met uitzondering van dat éne, waarmee je diefstal aantonen moet …

Zalig zot – denk hippe Santa – en zen, dit jaar, beste lezers. Voor 2016 hoop ik dat schrijfgewijs ‘I See Fire’ waar mag zijn – en dat jullie erbij zijn, natuurlijk !

Stay tuned, je ziet ’t vanzelf !

 

Je harde schijf verzorgen

Niet bang zijn, beste lezer, je bent niet al meer dan 220 postjes een incognito computernerd aan het lezen, je bent de weg niet kwijt – en je peeceetje ook niet.

It is still I, Ariadnesdraad. Dit is simpelweg een hulde aan de ingenieuze computer die we eigenlijk allemaal zijn.

Bart Peeters zal ’t me vast niet kwalijk nemen dat ik een regel uit Het Menselijke Brein tot titel promoveer. Want ik wil het vandaag hebben over de harde schijf die we allemaal hebben : ons hoofd.

21 septembember is Alzheimerdag. Dat brengt me terug naar de dwaaltocht in het hoofdelijke duister van mijn moeder.

Dit jaar werd mijn memorie getriggerd door Gulliver’s droge mededeling dat ie ‘de facturen’ had weggedaan (de verzorgingskosten toen mijn moeder niet meer thuis kon wonen, nvdr). Mijn hart zakte, bij zoveel bewijs van kosten en leed.

Eens te meer heb ik vrede – met haar nieuwe statuut van wolkzitter. Maar mijn hart zakt nog steeds, als ik aan al diegenen denk die nog volop in deze martelgang zitten.

Ik wil daarom graag een pluimpje opgooien naar alle verzorgers, die hun taak met een noodzakelijk eindeloos geduld uitvoeren. Not scolding, cursing and crying in de praktijk …

M’n loftuiging is door Vadermans aangeleverde content. Jaja, die Gulliver is niet alleen een schattige lurker die me tot schrijven zet, (“Ik heb nog eens gekeken, naar je blog ?”) hij blijkt ook ’n romantische Muzenzoon, die mijn celletjes op gang trekt met pakkende teksten*. See for yourselfs, beste lezers.

Over hoe het moet zijn, als je het hebt.

Alzheimer’s Request

Do not ask me to remember,
Don’t try to make me understand,
Let me rest,
And know your with me,
Kiss my cheek
And hold my hand

I’m confused beyond your concept,
I am sad and sick
And lost
All I know is,
that I need you
To be with me,
At all cost

Do not lose your patience with me,
Do not scold, or curse, ore cry
I can’t help the way I’m acting,
Can’t be different though I try

Just remember that I need you,
That the best of me is gone
Please don’t fail
To stand beside me
Love me till my life is done

Wijl jullie z’n kleine gloriemoment erop nalezen, ga ik ‘m bewijzen dat ik echt nog wel weet wanneer ie jarig is. Insert massa’s ???

De  vergezellende situatieschets is ’n foonconversatie waarin ik vroeg welke dag ie ook alweer exact jarig was – om af te kunnen spreken qua vervoer – en ik bij Gulliver toch ’n klein hartverzakkingkje bemerkte. ??!! Stilte. Daarna wederzijds gegniffel, toen mijn haastig ” Ik wéét wel wanneer je jarig bent,… ik bedoel de dàg.” Oeffff… !

Vadermans is weer gerust. Misschien nog niet over z’n verjaardagsgebak, maar wél over ’t feit dat ik kom. On the dot, en op de juiste dag nog wel. Geen sprake dus, van alweer plotseling verjaren

De taart-story krijgt dus een nieuwe episode, beste lezers. Definitely to be continued ….

Ik op naar lekkers !

 ————————————————————-

* van Author Unknown

2015 : Hoort de klokken luiden : bim bam bom ….

En we dromen van een kruimeldief, en van een kolenschop … En die kolenschop maakt grote zorgen klein … En die kruimeldief slokt alle onzin van de wereld op, terwijl we nietsvermoedend aan het slapen zijn …

Prachtig toch, zulk een eerste nacht van 2015 ?

Alleen, ik droom nog verre van, als ’t nieuwe al lang en breed van de nacht af is …

Nee, beste lezer, ’t zijn niet m’n goeie voornemens die mijn celletjes aan de gang houden. Gemakshalve maakte ik die niet. Piekernissen zijn ’t ook niet. Ik kan amper denken – laat staan tobben !

’t is Gullivers pendule. Ze tikt met ’n heftigheid als ging er elke seconde een vuurpijl af. Hotemetotem word ik d’r van … ! Verkassen is geen optie, wegens in een gelegenheidsgewijs geassembleerd logeerbed.

Dat wordt dus negeren. Maar sjaa, ’t gaat ermee zoals met alles wat je vééél te graag wil : d’r komt niks van. Tic-tac-tic-tac … Na ogenschijnlijk een half leven, gooi ik ’t over een andere boeg : de oortjes van mijn I-pod. Soelaas is near ! Oefff. Mijn blaffetuurtjes zijn al aardig dicht – een hazeslaapje wenkt …

Onverhoeds : BAMM… ! BAMM… ! BAMM ! Op het uur vervult de pendule haar lotsbestemming : ze slaat. Kan ze niks aan doen, natuurlijk, maar ik ben een hartverzakking nabij … Min herte ! Ik wil voor mezelf instant een off-switch, net als Data.

Dan doen de grey ones weer mee. Ze seinen door dat BimBAM  elk half uur slaat. Ook dat nog ! Conclusie : ’t is van spoeies. In functie van m’n goeie hum vanmorgen moet deze tortuur asap gestopt … M’n elastiekjes liken ‘Broeder Jacob niet zo.

Het volgende onderdeel dat ik van Data wil zijn z’n ogen. Hoewel het lichtknopje vlakbij is, heb ik toch een paar pogingen nodig. Ander ding : BimBAM kan alleen veilig onschadelijk gemaakt worden door Gulliver himself.

Ontmijningsdienst Vadermans moet er aan te pas komen. De catch : hij is al in dromenland. Echtigentechtig, forceful and executive zijn is geen eitje, als je iemand uit z’n slaap moet halen. Vrouwe Justitia verbleekt bij me : ik kan maar niet besluiten. Wat is erger : niet in dromenland raken, of er uit gehaald worden ?

Mijn celletjes, tenslotte, doorbreken de impasse. De snoodaards rekenen me feilloos voor op hoeveel BimBAMs het komt te staan als ik ’t erbij laat zitten. Teveel om gezellig te zijn, dus bel ik toch maar m’n vader uit bed.

Minder dan een minuut later is BimBAM naar Beieren en kunnen we alletwee het deken dat nacht heet over ons heen trekken.

Na het met stomheid slaan van de ‘slaapsteler’ ging tukken als een tierelier. Gulliver en ik staan opgewekt op,  nog nagniffelend. Ik feliciteer m’n kleine ik dat ze jàààren naast BimBam heeft geslapen. Tss, een vergaan talent.

Een nieuw ontdekte gave, daarentegen, is de handigheid waarmee Vadermans uitjes hakt en de perziken van hun bolle kant ontdoet. Wauw ! Zou ie stiekem bij Jeroen * gelest hebben ?

Tussendoor bemerk ik dat de inhoud van Gulliver’s Kerstpakkket al verhuisd is naar de opslag. Een goed omen. Z’n met plezier uitgepakte goodie-bag woont al op Kaap Overvloed.

Ik heb d’r schik in, want Vadermans is toch echt een goed kind van z’n moeder : man, wat een peper heeft ie ! Genoeg om ’n heel leger te doen niezen en ruim voldoende om 2015 pittig te kruiden …

Nou ja, het jaar is goed ingeluid, zullen we maar zeggen !

—————————————————————————

* ’t is van spoeies : haast je !

** Jeroen : tv-kok Jeroen Meus

Bring ‘Em All In

We kijken bijna terug, als we het over 2014 hebben.

Ik heb een soort van strik-drang. De losse eindjes van het jaar moeten ingestopt.

Afwerken, archiveren of wegpromoveren, zoiets. Toegegeven, dat laatste slaat vooral op het vuilnis, maar toch …

Door de combi van  ’n plompverloren afgezeggende Kerstinvitée en ‘n  waterhuishouding die kort daarop besloot zélf aan ’t fornuis te gaan, zijn er nu een paar hondenjobs done and dusted.

Mijn conservenbox is nagezien, geïnventariseerd en gelabeld.  Op datum ook nog. ‘Potver-hier-en-ginder-en-overal-dat-blik-moest-eerst !’ wordt minder waarschijnlijk. Idem voor mijn kruideninventaris. ’t Is te zeggen : die kreeg een ‘finishing touch’. Geen kruid of smaakversterker hier ten huize of het is me door de vingers gegaan.

De staande conclusie : ik heb salie tot heil en genezing van de hele wereld, dus dat komt goed. Alleen de tijm-structuur ervan is nog even een dingetje. 

Ik beschik over een heus arsenaal kurkuma, saffraan, kip en curry-kruiden ! “Live in a yellow submarine !” zingen kan volop.

Komijn mag ook niet ontbreken in m’n kruidenbeschrijf. In aantallen waar ik dol van word, zeker als je bedenkt dat ik er niet ver mee wegloop. Nooit van m’n langste leven meer nodig.  ‘Komijn hier !’ declameren in een marktkraampje ware  de gepaste remedie, om niet van die klank-gerelateerde, wreed ongezellige mens te gaan dromen.

En wat gezegd van peper ? Ik doe ‘m op in ’t groot – net als m’n grootmoeder. Maar of hààr groot en mijn groot een maat voor elkaar zijn is nog maar de vraag … De (na)-oorlogse proporties indachtig, win ik vast het pleit.

Ongebruikelijke invulling van Kerst. Helemaal eens, beste lezer. Maar als je dan toch ’n woede-uitbarsting hebt, is ééntje van opruimwoede niet verkeerd, toch ?

Ik moet nu al schuddekoppen als ik er op terugblik. Wat zullen mijn celletjes er over pakweg twee decennia van maken ? Lachen, gieren, brullen ? Ik hoop het eerste, maar voor nu is ’t sudderen op een plezanter plan …

Maar kom, er is geen kwaad dat altijd duurt. Nog even en ik ga een nieuw jaar in en het land uit. Es kijken of de feestzin van Gulliver intact is gebleven na een (onverwacht) trio van Kerstdissen. 

Waarvan ie schattig verslag uitbracht, verongelijkt omdat ’t bij mij zo ieltjes uitviel. Waarvan ik weer terug blij werd …

Bring ‘em all in, die ijsjes op stokjes speciaal voor mij. Bring ‘em in, die curieuzeneuze-blik van Gulliver als ie het Kerstpakket, waar ie nog niet in mag loeren, opent  !

Bring ‘em all in, die momenten in 2015 – van grote rust en kleine zorgen en liefst geen nieuw verdriet. En voor jullie, lieve lezers, ook zoveel !

Ik accompagneer mijn Nieuwjaarswensen met deze mooie van Mike Scott. Een tikje profetisch, maar zo kort na Kerstmis moet dat kunnen. Als je ’t mij vraagt, vergeeft de troost die van dit muzieksken uitgaat het anachronisme.

Bring ‘Em All In. Ontdekt tijdens een witte nacht waarin mijn hoofd black and blue was en de Jack Sparrow in mezelf kwijt. Sindsdien into my heart, en te mooi om niet te delen.

Enjoy, beste lezers !

Ode aan Sjoklatteke

seo zoekmachine optimalisatie

Ken je die van dat vrouwtje dat ’s morgens opstond en dacht : dit wordt een dag waarvan ik steil achteroversla ? Die ging zo.

Laat september sta ik naast bed met kletterende cimbalen. Die morgen blieft het m’n celletjes een danske te placeren. Ze negeren fit en fluks m’n twee linkerbenen en zetten een pijnlijke choreografie in. Juist, beste lezers, Mr. Migrain is visiting, again.

Als de ‘grey ones’ een paar uurtjes later hun dansschoentjes over de haag gooien, galmt het hoorbaar ‘Oeffff’ in m’n hoofd. Gevolgd door een verre, vage, echo van ‘slecht nieuws’. Als een voice-over zal dit bericht de hele dag m’n gedachten doorkruisen. Om koekoek van te worden.

Ik ben die avond aan het bedenken waarmee ik mijn hersens tot de orde kan roepen, als Dumdiedummetje zingt. “Ja…, ehm, ik heb geen zo goe nieuws …,” hoor ik Gulliver zeggen. Mijn innerlijk kabaal valt opeens stil ?! Deze frase is een gekende aanloop naar een Jobstijding. Ook nu.

Malfortuna heeft toegeslagen : Sjoklattekes wederhelft is wolkzitter geworden. Ik ben onthutst. Vadermans, denkend dat ik ni mee ben, helpt me op weg : ” Je weet wel, Sjoklatteke, van school …

Of ik Sjoklatteke zou kunnen vergeten ! Mijn onafscheidelijke schaduw. Mijn redder in kouwe nood … Mijn kleine beschermengel. Samen konden we de hele  (school)wereld aan. Wat had ik haar graag eeuwig geluk gegund, en niet dit …

Het duurt niet lang, of mijn vader en ik halen herinneringen op aan de chocomelk van Sjoklatteke. O sweet memory !

Sjoklatteke werd Sjoklatteke in de kouwe winterdagen van de vierde klas. De directeur beende handenblazend binnen ; dat kon alleen maar betekenen dat de ‘sjoffage’ weer es wijlen was. Zumba, om warm te blijven, was geen optie, wegens weerbarstige motoriek. Alras bibberde ik haast uit mijn vel.

Sjoklatteke, die me kouwer en grauwer zag worden, trok m’n klappertanden niet en gaf me tenslotte hààr warme Cécémel te drinken. Werkte prachtig, als antivries. Alleen had zij nou niks warms meer, en wél nog kou.

Dus hobbelde ik in de ‘speeltijd’ het buro van het schoolhoofd binnen, om te vertellen waarom ik zélf niet in vloeibare warmte kon voorzien. Daarop mocht Sjoklatteke uit de les, om thuis een nieuwe lading te halen.

Wat zal Sjoks Mum ogen als schoteltjes gehad hebben, toen dochterlief ruim voor de bel thuis binnenviel ! Gelukkig had ze ook een groot hart, twéé thermossen en megaveel inspiratie qua warme drankjes …

Het regime van de kouwe-drank-bricks moest vallen, wilde ik niet als sneeuwpop eindigen …

Hoewel deze maatregel Spartaans lijkt, was ie oorspronkelijk gewoon probleembesparend.

Want mijn moeder wist waartoe die eigenzinnige motoriek van mij vaak leidde : een zeer nabije studie van de grond en een Sjoklatteke dat dan de netelige taak had me op te krikken. Doffe ellende, die je niet wil vergroten met zompige boekentassen door een gevalletje gesneuvelde thermos.

But desperate times call for desperate measures. Nu we onvrijwillig in een nieuwe ijstijd werden gestort, gold als kersverse strategie : Sjok twee thermossen, ik twee brooddozen. Later werd dit bijgesteld naar boterhammenruil.

Ja, beste lezers, ik was dat kind dat andermans lunch verorberde. Zonder represailles. Onze ouders kenden dit publiek geheim, maar lieten het er verder bij. We zagen er per slot van rekening happy & healthy uit.

Daarbij kwam dat ons beider mums wel opgedaan waren met het culinaire compliment dat ze kregen. Win-win all over. Ik bleef warm, dus m’n moeder beloonde Sjoklatteke’s geniale inval wat graag. Met broodjes ei, die Sjok hemels vond. Anderzijds vond ik de bokes rauwe hesp van Sjoks Mum helemaal niet verkeerd – tot jolijt van Sjoklatteke, die ze graag aan me sleet.

Nu, in ’t donkerst der dagen, hoop ik dat iemand ‘mijn’ Sjoklatteke van ‘hot chocolate’ voorziet. Want zoiets warmt het hart, en dat gevoel gaat niet verloren …

Sjoklatteke(s) for the world !

 

Ode van Bart Peeters aan Luc De Vos vind je ook hier.

Sinteressante dingen : wat ik in mijn schoentje vind …

” O, dat waait wel wel weer over, ” dacht ik vorig jaar nog, toen de minstens 800-jarige het over de daken hossen weer voor een jaartje voor bekeken hield, en de Spaanse appeltjes van Oranje ging plukken.

Niet dus. De storm voer mee op de stoomboot, maar in plaats van af te zwakken, of – stel je voor – te gaan liggen, zwol ie aan.

Culturele traditie en maatschappij horen bij elkaar als pen en papier. Folklore kleurt het grijze van alledag. Grijze celletjes zijn ok, maar verder … Als één traditie fout zit, dan zijn er aan al die andere ook wel vlekjes.

Het idee van alles op de schop doen, mag dan wel het fairst zijn, ik word er bepaald niet blij van. Misschien omdat ik niet van éénheidsworst hou. Of misschien omdat de politieke correctheid van Zwart zo haaks komt te staan op het plezier van Pakjesavond / Sint’s verjaardag.

Ouwe tradities een hypermodern etiket opplakken, dat aanvallen en verder niks klaarmaken, ik kan er maar niet bij. Vooral als ik bedenk dat de zwarte medemens wél zonder onderscheid mag sneuvelen aan ebola, of aan andere plagen die op onze bolkant niet eens meer die naam hebben …

Als nu eens de energie die in deze redekaveling gaat zitten daar naartoe zou gaan ! Dat zou het ‘zachte kantje’ ten goede komen !

Maar tja, stormen beslissen nou éénmaal graag zelluf wanneer ze gaan liggen.

Intussen kijk ik dus braaf – ah ja, want stoute kindertjes krijgen niks – naar de intrede van de Sint op tv, en maak Pietjes .

Verder check ik ook regelmatig m’n Pandoradoos. Give-away-gewijs fungeert die dit jaar als mijn schoen, en ik wil zien wat er in zal komen te zitten.

Eind november kan ik ‘dank u Sinterklaasje’ zeggen : mijn minizine has arrived ! Ik vind het een vernuftig kleinood : mijn little grey cells geven een eresaluut aan het cerebellum van mijn persoonlijke Sint.

Maga- en minizines zijn het leukst als je d’r ook echt wat mee doet : daarom wil ik graag het opdrachtje beschrijf een moment in je herinneringen van intens geluk vervullen. Laat jezelf via mijn hoofd terugflitsen in de tijd, beste lezer.

Ik heb voor een zoet moment gekozen, dat prima past tussen al die sjoklatten Sintjes. Het is de dag van de mondelinge verdediging van mijn eindwerk.

Hoewel ik me een Duracellkonijn voel, krijg ik niks voor elkaar. Daarom smeert die andere sukkelaar die ontieglijk vroeg z’n bed is uitgejast, Vadermans, m’n boterhammetjes. Met Nutella.

Ter opkrikking van m’n ‘moral’. Maar net zo goed in de hoop, dat de choco m’n zenuwen bedwingt en m’n celletjes ervan gaan wérken. Want aan het éénzijdige hellllluuuuuuuuuuuuupp dat ze die morgen doorseinen heb ik niks. Ja, een herkansing straks, maar met een grootscheepse migratie in het vooruitzicht is dat effenaf geen optie.

Vraag me niet hoe – die vraag is ook een eindwerk waard – maar ik speel ze binnen, zonder smodderen, en we gaan.

Goed, we zijn een staatsie verder. Maar ik heb nog niet het voorkomen – om het met Hyacinth te zeggen – van iemand die forcefull & executive is.

Gulliver kijkt steels opzij, zegt niks en neemt een CEO besluit. Hij wil zo traag mogelijk de weg onder z’n wielen door laten schuiven.  Niet alleen krijg ik zo tijd om in de wirwar van schema’s m’n weg te vinden, ’t beschermt me ook enigszins tegen het effect van anderen die ook nog naarstig op zoek zijn naar het aan-knopje van hun hoofd.

Hoe het dan allemaal ging ? Het onderwerp : dik ok. De bronnen erbij : onbestaand. Boehoe. Maar : dat hoort bij saillante onderwerpen, toch ? De uitkomst voor dit obstakel : een (co)-promotor.

Het idee hierachter : bonus.  Wat je écht krijgt zijn thesisbesprekingen met veel gedoe. Heisa omdat er bij het overleg geen koffie of thee is.

Nu ik weer mijn eigen kalme zelf ben en naast een thesis geen 14 andere examenwerkjes in elkaar hoef te draaien, zeg ik : Coffee for president. Toen – opgedraaid, kierewiet door al die ‘examenwerkjes’ – en gekweld door dromen van in de soep draaiende thesissen, zei ik tegen dat koffiegezeur FOERT, vertrok, en liet m’n proms aan hun lot en aan elkaar over.

Niet te filmen. Zelfs m’n moeder, niet gauw stoep gezet, staat van dit pandemonium paf. Dan rinkelt de foon. Het is Prom. Voor mij. De Apocalytische toestand zat, is het mijn moeder die de dialoog aangaat.

Allervriendelijkst verzoekt ze Prom deze impasse te doorbreken. Want ze wil toch niet de Prom zijn die met een gebuisde student blijft zitten, bij gebrek aan een koffie ? Vervolgens geeft ze Prom tips voor een charme-offensief. Er liefjes aan toevoegend dat, als ’t ni lukt, ze nog liters koffie zal nodig hebben voor deze poppenkast klaar is.

Tegen die achtergrond stap ik dus met de bibber een lokaal binnen waar naast de examinators nog zo’n slordige 40 man opeengepakt zit.

Ieder kijkt op, als mijn vader na een kus naar z’n wagen beent.

Je raadt het al : dààr wordt op doorgevraagd. Ik repliceer : Demise is mine, victory ours. Voor de vragensteller hierop iets weet te verzinnen, zeg ik gevat  : Gaat u naar de eindwerkverdediging van zoon of dochter met hun akkoord ?

Een uurtje later pluk ik m’n vader uit de driver’s seat. Hij leest het antwoord van mijn gezicht en haast zich naar binnen, om de rol van glunderende papa op zich te nemen. Iedereen en niemand praat ‘m bij.

Hoewel ik wel nooit zal weten wat ie dacht, heb ik zoete herinneringen aan die dag met mijn vader – en vooral aan die autorit.  Het resultaat ervan was een beetje zoals wakker worden op Sinterklaasdag en veel witte Sintjes zien …..

 

Retrospectief : Novemberepiloog

seo zoekmachine optimalisatie

Vandaag het slotstuk van de serie Retrospectief waarvoor Prinses Op De Kikkererwt me inspiratie aanreikte.

(Voor wie even terug wil lezen, deel I staat hier, deel II tref je ginder.)

Zij schreef dit in een commentaartje  :

Ik vraag me ook af hoe en of je hersteld bent van dat verdriet.

Ik las ’t en dacht : awel, ik ook.  Prachtig blogeffect, als je door lezersinteractie gaat reflecteren. Best uitdagend, want het blijft een spiegelkwestie : wat ikzelf bemerk zien anderen daarom nog niet en vice versa.

Systeemherstel

Hoe staat het nu – na 4 jaar – met m’n novemberverdriet ?

Van lieverlee ga je toch weer plannetjes stoven. Daar is Ariadnesdraad hét bewijs van. Maar wat ’n gevécht tussen hoofd en hart is het om te besluiten, aan het begin van verdriet …

Was er maar een ‘systeemherstel’ ! Maar zolang het leven geen computer is, zit een reset er niet in …

Remonte is  : niet meer verpletterd worden onder het gewicht van verdriet.

Beseffen dat je iemand met 2 levens bent  – pre- en post-catastrofe – helpt. Bijgeval eens lekker laaiend zijn ook.

Calimero & Hercules als gezelschap

Vóór ik ophield m’n moodswings en ‘rare’ reactiepatronen stuk te analyseren, liep ’t voor geen meter.  Toen ik van mezelf mocht ‘afwijken’, gaf dat rust.

Maar ‘verdergaan zonder’ blijft een Herculesjob ; een werk van alledag. Want het verleden is nooit wég, maakt overnieuw  z’n opwachting. Dat ondervind ik, nu ik naast belever weerom toeschouwer ben geworden.

M’n persoonlijke proeve van herstel : verdriet van die ander, bij die ander  laten. D’r niet in meegezogen worden, zonder ’n hork te zijn. Calimero’s ” Ik is klein, maar mijn daden benne groot ” waarmaken. Mét alles wat is gebeurd in het achterhoofd.

Maar hoe gaat dat, jezelf bijeenrapen ?

Eerst : niet. Daarna : met heul veul tijd, slechte dagen en niet weten hoe. Met het nemen van verlies in je social life. Ariadne 2.0 past niet meer bestig in elk vriendschapskader. Pijnlijk, als mensen letterlijk een blokje om doen, om je niet te hoeven kruisen. Of, als ze dat wel doen, je te verstaan geven dat je nog lang niet uit dat ‘tranentenue’ mag.

Zonder toverspreuken, maar mét aanpak

Je treurige ik bijeensprokkelen doe je niet met toverformules, maar door het nemen van bewuste beslissingen. Ook al voelt dat ‘awkward’.

Voor het eerst weer een Kerstboom optuigen (huilen !) bijvoorbeeld. Of weer rood dragen (de verbijsterde gezichten hierop !) …

Iets wat ik heel doordacht deed, is antwoordstrategieën bedenken bij vragen die me verbrijzelden. “Hoe gaat het ?” is een netelige.

Ik wilde niet per se m’n leven aan de straatstenen kwijt, dus moest ik de pieren-uit-de-neus-halers kordaat pareren met m’n vriendelijkste glimlach en een ongracieus ‘wil je niet weten’. Het plaatje hierbij : ’n neuzige apotheker, jezelf aan de betaaldesk en de hele ‘nieuwsbeluste’ wereld achter je, in hetzelfde pand.

Ook geen sinecure is het, als je écht geen puf hebt om te antwoorden. Dan moet je ervoor zorgen dat je zonder zichtbare tranen overtuigend “Goed !” kunt zeggen. En Oostindisch doof zijn voor het gemeesmuilde “kan toch niet ?!”

Over schouders en een zachte kant

Het minst simpele script : wél eerlijk antwoorden, bij diegenen die niet gillend gek van je worden. Dat vereist reputatie opzij zetten. Personality is een ding, helemaal als je tijdens je respons iemand écht ondersnottert.  Echtigentechtig, ’t zijn stevige schouders die zulk een regenbui doorstaan !

Je ‘zacht kantje’ niet kwijt te spelen is innerlijk genezen. Toen ik in de postale verbiage voor Kerst ‘mijn Florence‘ opnam, werd ik overspoeld door erkentelijkheid. Instant voelde ’t alsof ik mijn persoontje weer deels had heroverd ! Hartverwarmend.

Teruglezen en groei zien

Jezelf beter voelen gebeurt steels. Op het moment dat je het net wat minder hard wil. Maar wel door doen. Door het maken van haalbare plannetjes. Zoals lezen. Eerst opgaaf, nu weer oele. En woordtekenen, natuurlijk.

Ok, een blog nemen is misschien niet echt ‘-tje’, maar wel een bijzondere vorm van convalescentie. Iets van mij, dat er kwam in het NA. Het trok de wereld weer open – een zonnetje tussen een zwart zwerk.

De verhalen van anderen, hun interesses en breinhaperingen* – en vooral hun interactie op de mijne – trokken me een nieuw kosmosje in, waarin ik mijn Opgewekte Ik weer tegenkwam. Een onbeschrijflijk kado, beste lezers, dat toch maar mooi staat opgetekend in m’n archieven. Uitstekende remedie voor een slingerend hum, dat zélf zien van hoever je komt.

Vaardigheden aanscherpen en ontdekken

De vraag hoe je iets zult gaan beschrijven, vraagt focus, insteek, blogblik. Je kan de lens net zo scherpstellen als je zelf wil, als je met woorden fotografeert.

Met wat geschreven afstand ‘kijken naar’ biedt opties : de waarheid met een vleugje gefingeerdheid omhullen, of het fictie-gehalte zien in wat is.

Bloggen geeft stem aan mijn gedachten. Mijn denkwerk wordt helderder en de impact ervan gaat verder dan verbaal. Misschien omdat er een oppakken-of-laten-rusten-poort tussen staat ?

Hoe dan ook, het legt fundamenten. Voor herinneringen, én voor verder. Kan en mag dat ? Ja. Het wordt Ja. De toekomst is een poort. Ik duw ze open.

Ik schuif op in de goeie richting. It’s not perfect, but it’s getting closer…

———————————————————

* breinhaperingen : Woordenuitmijnbroekzak is hiervoor inspirator. ** : cursieve tekst is bewerkt. Origineel is te vinden op p. 279 van De vrouwen aan het hof van Maria Jacques.

Memories And Silent Whispers

Bij m’n huisfoon staan we ingelijst, de Dame op de roze wolk en ik. Ceremonieel opgetut, compleet met zonnebanktintje en make-up.

We kijken elkaar zijlings aan. Zij mysterieus en wat naar binnengekeerd. Ik, breeduit lachend. Niet zo gek, want ik ben, als zus, eregast op haar bruidsfeest. Daarom spijbel ik die vrijdag regulier en kom zo ook een dagje eerder weg van ’t door mij hartgrondig verfoeide internaat …

Zo scherp als de gedachten van mijn kwarteeuw jongere ik me voor staan, zo omfloerst zijn de hare. En ik weet : dat blijven ze. Want : “dan” komt niet meer, enkel nog toen.

Telkens ik voor de foto sta, heb ik de neiging voorover te buigen om haar stille, samenzweerderige fluistering te kunnen verstaan : ‘Wilde-nu-is-wa-weten?’

Haar gedachten blijven onbereikbaar. Maar het adagium van de memorie misschien niet. “We willen allemaal herinnerd worden.” Op ons mooist.

Schoonheid, dàt is de kracht. Van herinneren. Van de foto. En van haar.

Microblog naar een concept van Passie voor Schrijven