Tagarchief: bloopers

Onverwacht rood

Ik heb écht een talent, beste lezers. Bezoek-flexibel wezen. Geweldig, zou je denken ? Alleen, ik weet ’t nog niet zo. Want, ik beheers nog ’n andere onnavolgbare kunst : uitgerekend dàn temidden iets zitten – niet bezoek-proof, uiteraard.

Met stip op één : de sanitaire stop. Grmbll. Tegen de tijd dat ik alles weer enigszins convenabel heb aangehesen, doe ik het spook van de opera open. Pfffffffffffffttt … in rook opgegaan, die beller. Ach nou ja. Zalig de onwetenden dan maar : zij kennen mijn slakkenvaart immers niet.

Heul anders ligt de zaak, als de andere kant van de deur wél met mijn tempo bekend is, maar het desondanks leukkk vindt, me op te jutten – via het haast door de muur douwen van de deurbel. Godjimmenasssssssssssssssssss !

Echtigentechtig, dan is mijn gastvrouwglimlach elastiekjes-gymnastiek …

Maar goed. Is die horde genomen, dan moet ik nog slechts zien klaar te spelen, elegant te blijven lachen. Onder gelijk welke omstandigheid. Eitje, natuurlijk. Of zou dat gevoel op een ei te zitten, iets te maken hebben, met mijn inderhaast aangesjorde spijkerbroek, misschien ?

Verder maar heulemaal vergeten : m’n tenue. Dat past standaard bij de garderobe van de visite, als ’n vlag op een modderschuit. Ah ja, poetsbestendig versus paasbest.

Bovenstaande situatieschets valt positief te vertalen als ’n uitmuntende training van de lachspieren.

Gezond is goed, en lachen zeker. De rest van het plaatje onthou ik jullie daarom niet, beste lezers. Kwestie van nog even op het pad van de lach te blijven.

Komt-ie.

Aanrecht vol afwas : check. Grumbeldemumbelfrusssssssssssssssstraaaaaaaaaaaaaatie omtrent open keukens. Afwas in progress : check

Ook check voor de open provisie met alom lichten aan, en deksels in het rond.

Vink ook maar an : alle verzorgingsspul – ik kan nog wat oorlogjes vooruit – op tafel uitgestald, met de lege opbergdoos als extra decorum erbij. Tsjaaaaaaaaa, daar sta je dan met je organisatietalent.

Een aangevinkte vogel, die gevangen zit in ’t beeld dat niet klopt. Door de visite als volgt gevat : “Bij ons staat er toch wel minder”. Welja.

Dislike aan interieurkeuring door onverwachte visite. Elastiekjes van m’n goeie hum, zijn jullie thuis ?

Dat ik pas ’n half uurtje van ‘genre uitstalraam’ ben, omwille van een inventariserende foto, is een argument dat staat. Nogal wiebelig, evenwel, dus slik ik ’t maar in.

Mijn celletjes echter, zouden de mijne niet (meer) wezen, als ze niet broedden op de démarche. Neuh, geen pinnige repliek. Wél een vriendelijk gelachen : “Ik ben niet zo van het minimalistische. Als ik klinisch kaal wil, ga ik wel even langs het ziekenhuis, ‘k heb daar toch al een abbo.” Roos !

En dat, die roos, is precies wat ik van mijn wijkwonertje kreeg, op deze eerste mei.

Aww, te lief, dit !

Boos mét roos, dat lukt (me) toch écht niet : veuls te leuk, hihi.

Traditie-tje in wording. Want vorig jaar deed ze dit ook, herinner ik me nu.

En toen danste het huis net zo hard als tijdens deze editie roosjesgeven. Ach wat. OOK traditie.

Daarbij : altijd handig om te weten wat je wacht … !

Advertentie

Gulliver’s Homecoming

ImageBam

Bron : Weheartit

Ariadnesdraad heeft vanaf nu haar eigenste jumelage ! Onderstaande column heeft namelijk een zusterstukje.

Gulliver is terug !

Zijn reis begon ver voor ie de deur achter zich dicht deed, maar is niet compleet zonder terugkomst- en reisverslag. Vandaag dus Gulliver’s Homecoming. Uiteraard natuurlijk doorspekt met een paar hersenkronkels van ondergetekende.

De reisperiode zit ruim op voorhand op mijn prikbord gepind. Op de vooravond van de Gulliver-fase dus nog even belgewijs uitwuiven. Ik voel reiskriebels aan de andere kant.

“Komkom, wat zou er nou intussen zijn”, zeg ik – om de als, moest, en je-weet-nooits het loodje te laten leggen – ” het wordt zeker weten leuk, je komt als een ander mens terug ! “

Tuurlijk, de lucht kan invallen en dan hebben we allemaal “nen blauwe frak aan”, of het kan bananen regenen, maar so what.

Gulliver gaat een korte nacht en ik een nieuwsgierige ochtend tegemoet.

Mijn hoofd maakt elke reisdag een tripje naar Frankrijk. Hoe zou ie het stellen ? De reisfoon blijft stil op een “goed aangekomen”- bericht na. Geen nieuws is goed nieuws, is immers het motto.

Als het reisplan geen dagen meer telt, denk ik Gulliver een lol te doen met wat ” ik-kom-op-mijn-plooi ” – tijd voor ik aan de lijn hang. Quelle idée … !

Voor ik het weet, blijkt Gulliver terug. In de plooi, maar zijn hum is lichtjes gekreukt. “Segmoettegijnievragenhoemijnvakantiewas ?!”  klinkt het, nog voor ik de tamtam die telefoon heet zélf kan gebruiken.

Oepppssssssss ! Een abuis dat verkeerd is. Mijn – enfin zijn – reisplan is langer dan de echte voyage … !

Gelukkig komt aan het gladstrijken geen stijfsel te pas. Al snel komt ” voor herhaling vatbaar ” voorbij. Precies wat ik horen wilde. Vreugdedansje. Hoera ende joepie !

Ook formidabel is, dat zijn reisgenoten fungeerden als een troostrijk dekentje. Want Gulliver’s tristesse ging hem voor  – op de best mogelijke  manier. Menig oor wist dus al het ongezegde. Misschien was hierdoor het weerzien met het kerkje waar hij en zij “wij” werden en hij nu – solo – ” hem met haar in z’n hart ” moest zijn, minder heftig.

Z’n geslaagde Sint-Christoffel-beeldjacht moet ook vermeld. Verder nog het feit dat hij zichzelf ook een snuifje blijdschap toestond. Bewijs : een gniffeltje in zijn stem terwijl ie vertelt.

Tussen al die leute toch ook wat last. Hij doet een oogontsteking op –  en de voorloper van mijn “erreur” doet zich voor. Auto Oompje, die hem zou afhalen van vakantie, bloopert ook al met de terugkomstdag. Taxi Broerman ondervangt dit, heureusement.

Een dubbele faux-pas ! Incroyable ! De  mega-milde bolwassing als gespreksintro is gekaderd.  Ondanks dat dit toch een klein malheur is te noemen, verlies ik mijn sérieux. En uiteindelijk  … lachen we allebei !

Gulliver zelf vat  z’n reis zo samen : ik was nu eens blij, dan weer geëmotioneerd. Ik heb verdriet gehad, en troost. EN ik heb me geamuseerd !

Alle elementen van een geslaagde vakantie. Missie gelukt.

Op de vraag hoe Gulliver het heeft gehad luidt het antwoord overtuigd ” Très bien ! “

Vraiment excellent !