Tussen de waan van de dag door, moest er ook nog jarig geworden gewezen zijn, beste lezers.
Daarvoor haal je, her en der, wat in huis. En dan afrekenen in de winkel-lange kassarij.
Iedereen profiteert natuurlijk van dat éne droge intermezzo tussen die gietende snert van de laatste tijd. De bende van Zeus lijkt zich maar één act van zijn repertoor meer te kunnen herinneren : water, en doe ze nog es vol. Tja, het is niet anders.
Voor mij, in zo’n winkelkarretje met zit, zit ’n Zonnetje, dat geen snipje last heeft van dat humeurverpestende regenwater.
Niet moeilijk, ze draagt een verjaardagskroon. Zo’n door de juf bijeen-geniet knutselstuk, dat je de heeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeele dag mag dragen. Zonnestraaltje neemt dit op het woord, want ook nu, al een poos na schooltijd, siert ie haar jarige koppetje. Ze demonstreert aan papa hoe de klas voor haar heeft gezongen – en hoe ze alles heeft begrepen !
?????????? – denk ik …
Algauw zingt de trotse vader met zijn allerschattigste oogappeltje mee. In vlekkeloos Nederlands – terwijl moeders naderhand invalt in wat Arabisch moet zijn.
De kleine miss vind het heer-luk, en ik, die er vlak nakom, mag delen in de feestvreugde !
Haha, zalig toch, die twinkelende oogjes ! Helemaal blij, ik.
De taalinclusie zorgt voor elfendertig coupletten van Happy Birthday. Zekerheidshalve werpt het ouderduo wat zijdelingse blikken, om te kijken of het niemand àl te errugg enerveert. Als dat al zo is, wordt het in ieder geval tactvol gemaskeerd.
De spekjes, waarop ze vol overgave, en met ouderlijk OK, de toehoorders trakteert, verzoeten. Happend zit ieder weer bij ’t moment waarop ie zélf ooit vier werd, waarschijnlijk. Met juffenkroon, dat spreekt…
Als de lekkernijen op zijn, maar de adem voor zingen nog niet, krijg ik een lachend “Sorry,” van paps.
“Welnee”, zeg ik, lekker mee-giebelend. Kon niet gepaster komen immers, nog luttele daagjes, en dan ben ik OOK jarig.
We wisselen nog wat gemeenplaatsen, ze rekenen af en dan, dan ben ik. Zo, die verjaardagskous is gebreid, zou je denken.
Het naadje moest echter nog ingestopt. Dus houden ze halt bij mijn bocht naar huis.
Wat timide biecht Zonnestraaltjes paps op: “Mevrouw, ze wil absoluut nog ’n keer voor u zingen, omdat u strakjes ook jarig bent.
Aaaaaaaaaaaawwh, wat lief ! Kan je geen nee op zeggen, vinden m’n celletjes. Groot gelijk. Maar de ‘grey ones’ hebben nog wel ’n verzoekje. Wie jarig is, mag wensen, niet ?
“Eh”, begin ik dus voorzichtig, “mag ’t in uw taal, Mevrouw ? ” Arabisch, zoals gedacht.
Als je die avond iemand voor ’n driekoppig, glunderend koor hebt zien staan : dat was ik. Met de serieux des hymnes werd ik toegezongen. Misschien wàs ’t dat ook wel. Weet ik veel – ik snapte er geen Griekse Jota van.
Maar hierin ben ik stellig : het was heu-mels prachtig. Meerstemmig ook nog, en mesmerizerend gewoon.
Zelden heb ik me ZO jarig gevoeld, zonder het dan al te zijn !
Duimpje op voor zulk een ‘Toezang’ ! Je moet het maar doen … Helemaal geweldig !
Zwijmelen op Zaterdag is een initiatief van Marja.