Tagarchief: vrijdag de 13e

Parijs na de 13de : Paris s’éveille …

Parijs zindert ook na ten huize Ariadnesdraad. Toch al nooit vrolijk bij het Journaal, vallen dezer dagen me de echte tanden haast uit de mond van verbijstering. Als integer mens kan ik er maar niet bij. Bijhouden hoe vaak Molenbeek valt, is ook ’n gebed zonder eind.

Gebeden die de goeie borsten van deze gemeente overigens wel kunnen gebruiken. Om bij te huilen is het … Vanavond ook wel van ontroering.

Dit schoof via het Belgenlandse Canvas-net aan mijn oog voorbij en was de druppel op mijn toch al gloeiende Novemberverdriet.

Te mooi om niet te delen – al is de tekst dan niet de mijne. Ontroering is ’n warme pleister op een gewond hart.

Daarom graag plaats voor onderstaand betoog op Ariadnesdraad.

Een van de 129 mensen, die om zijn gekomen bij de aanslagen in Parijs, is de vrouw van de Franse journalist Antoine Leiris. Hij blijft achter met hun zoontje van 17 maanden. Op Facebook plaatste hij een krachtige brief aan de terroristen:

“Vrijdagavond stalen jullie het leven van een geweldig persoon, de liefde van mijn leven, de moeder van mijn zoon. Maar jullie zullen mijn haat nooit hebben.

Ik weet niet wie jullie zijn en ik wil het ook niet weten. Jullie zijn dode zielen. Als deze god van jullie, waarvoor jullie zo blindelings doden, ons naar zijn beeltenis geschapen heeft, is elke kogel in het lichaam van mijn vrouw een wonde in zijn hart.

Dus nee, ik ga jullie niet de voldoening geven om jullie te haten. Je wilt het, maar haat beantwoorden met woede zou een teken zijn van dezelfde onwetendheid die jullie gemaakt heeft tot wat jullie zijn.

Je wil dat ik bang ben, dat ik mijn medemens met achterdocht bekijk, dat ik mijn vrijheid opgeef voor mijn veiligheid. Jullie hebben verloren. De speler speelt nog steeds.

Ik heb haar deze ochtend eindelijk gezien, na dagen en nachten van wachten. Ze was even mooi als toen ze vrijdagavond vertrok, even mooi als toen ik halsoverkop verliefd werd op haar meer dan 12 jaar geleden.

Natuurlijk ben ik kapot van verdriet, die kleine overwinning geef ik jullie. Maar het zal niet lang duren. Ik weet dat ze elke dag bij ons zal zijn en dat we elkaar in de hemel zullen terugvinden, met de vrije zielen die jullie nooit zullen hebben.

Ik en mijn zoon, wij twee zullen sterker zijn dan ieder leger op deze aarde. Ik kan geen tijd meer aan jullie verspillen, aangezien hij net wakker geworden is van zijn middagslaapje. Hij is amper 17 maanden oud, en zal zijn snack eten zoals iedere dag. En daarna zullen we spelen zoals iedere dag. Het leven van deze kleine jongen zal gelukkig en vrij zijn.

Want jullie zullen zijn haat ook nooit hebben.”

Warm aan mijn hart – en in mijn hart. Gebeiteld pour toujours.

Amen to that !
  
Ontwaken in Parijs … na de 13de nooit meer hetzelfde .

 

————————————————–

Bronnen bij dit stuk : Antoine Leiris, auteur van de brief. Verder De Afspraak, een VRT/Canvas-programma, de App De Redactie en tenslotte volgende websites : deredactie.be en welingerichte kringen.nl

Advertentie

Bring me Edelweiss

Woe-woe-woe 

Na (teveel) ralenti : habemus een blogstuk!

Onderstaande oorwurm kwam onlangs voorbij en boorde zich door mijn Eustachius. De Woeeeeeeeeeews en auuuuuuuuuuuuwhhhhh’s passen als een handschoen bij hoe ik me – al even – voel.

Het komt in 3

Mijn inner Sidonia en ik, wij vechten een kras robbertje uit. Of 2. Of 3. Want één komt niet alleen. Neeje, hij komt in drie.

De Bende van Zeus heeft me weer es te pakken. Yep. Wegens goddelijk houdt dit zootje ongeregeld natuuuuuuuuuuurlijk van drievuldigheid. Oei ende ai.

Bring me Edelweiss – of misschien een gelukje ?

But : help is on the way. In de vorm van een ander hemels figuur : de Sint.

Eén dezer doet de Goedheiligman gelukkiglijk weer z’n intrede in Belgenland.  M’n cadeau is zo gevonden : een bokaaltje straffe graanmosterd. Genre :  Sidonia’s kuif gaat strijk.

Het laken tussen Malfortuin en mezelf moet nodig doorgeknipt.

De scheefloop is geen superchoquante sores, maar toch wel ballast.

Het hoofd is vol – hoera ende joepie, ook met stukjes – , de tijd te kort, de  zorgjes talrijk en het lezersgemis groot, lieve lezers. Het goeie hum ? Even naar Spanje, de elastiekjes ervan achterna …

But I survived … vrijdag de 13de !

Mijn ‘plunge into nothingness’ is vast over tegen de tijd dat de 800-jarige pakjesgooier goed en wel aan zijn paard-en-dak-concours begint.

Hou dus de leeslamp en ’n fleeceje klaar voor nieuwe capriolen van mijn celletjes, beste lezers :

  • Take a walk on the wild side : gaan wandelen als ’t blaasjes regent, ’t zal mijn hondenkarma wel zijn, zekerst ?
  • Rain and shine : zeg maar gerust het nougatine-effect.
  • Tutti, Frutti & de Filistijnen : het komt in drie, weetjewel. En Samson, die komt gewoon niet !
  • My Silver Lining : het verband tussen mijn zwarte goud en een witte setting. Ofte ’n schat van een verkoopster die moet ingekaderd …

Voor nu gooi ik jullie allemaal nog een alpenbloempje toe … till then !

Murphy’s Law

Geen televisiereeks, dit keer, beste lezer. Al had dit cursiefje schrijven dan weer wél wat van een soap. Zo van : wanneer staat ’t ?

Zat ik bij het zingen van Cupido nog zo’n beetje op een deuntjeswolk, intussen ben ik d’r vanaf getuimeld. En hard neergekomen ook.

Hij Die Niet Bij Naam Genoemd Mag Worden had me afgelopen vrijdag de 13e goed liggen.

Of het nou kwam omdat Amor toch vals kweelde, of omdat Murphy niets moet van ontbrekende broeken en pijldoorboorde harten, zal ik nooit weten. Maar gevoeld heb ik ‘t, en hoe… !

Celletjes die geen datum meer kunnen plakken op je laatste valpartij, daar kan Murphy niets mee. Geen eigen schuld, wél dikke bult is zijn devies. Die morgen heb ik géén idee. Integendeel.

Ik stap lichtvoetig uit bed. ’t Is te zeggen : voor zover dat lukt met een weerbarstige motoriek. Niet betrubbeld door het snipje te laat dat ik eigenlijk ben, begin ik aan mijn matineuze worsteling met m’n outfit. Ik win vlotjes het pleit en weet nu zeker : met wat passen en meten moet ’t gaan lukken.

Een goed uitgetekende dag, ’n missie en goed weer, wat wil je nog meer ? Hm, … een gelukje, zou ik snel ontdekken.

Een haperende motoriek is garantie voor valpartijen. Die horen erbij voor me, net zo hard als licht bij de dag. Maar evengoed is voorkomen een sport. Een stoel doet de truc. Logisch dus, dat deze ‘vierpotige’ een vast item is in mijn ochtend. Wat zeg ik : mijn ochtend mààkt.

Met een zwierige zwaai maak ik de switch van bed … en al even gezwind draait Stoelemans nét dan, de andere kant op. Zul je zien, preventie die uiteindelijk je ondergang is. Tja, stoelzingen is niet bij Cupid opgekomen…

Het kleinste kind weet : daar komen vodden van. Maar toegepast op tijd geeft de relativiteitstheorie nog denkpistes genoeg, zo tussen besef, duikvlucht en crash.

Stap gezellig in de interne conversatie van mezelf en mijn cerebellumpjes, beste lezer. (O, ja, omdat mijn celletjes gezellig door elkaar kletsen, zijn ze gemakshalve genummerd.)

Ik : Miljarstecaramba, ’t is vrijdag de 13e ! Nou ben ik zalig ! Hoe gaat dit aflopen…?!

C1 : Snoeihard op de grond … !

C2 : Weet ik. Maar ’t is extra spannend als zélf opstaan niet in het script staat en die grond keihard beton is met een verwaarloosbaar laagje vinyl er bovenop …

Ik mag die morgen blij zijn dat de ‘grey ones’ meer souplesse aan de dag leggen dan m’n spieren.

C1 & 2 : Valbreken ! (gilbrullend)

Op hun commando graai ik in m’n val de kussens en het dons van m’n bed, om m’n val te breken. Tegelijk gris ik ergens vandaan Dumdiedummetje vast. De neerwaartse spiraal vordert, maar denken gaat door.

Ik : Een zwabber zou te pas komen, om es duchtig onder ’t bed te stoffen, zeg !

C1 & 2 : ??? !!!

Ik registreer bijna  journalistiek objectief, terwijl de duikvlucht onverminderd doorgaat.

Inmiddels zit ik op het ‘brace for impact !’-punt.

C1 : Hoofd beschermen, klein maken, zoveel mogelijk ontspannen… 

Op automatische piloot zit ik weer in de dril van de valtraining destijds. Je reinste fysiomatiek sadisme, maar (opnieuw) onbetaalbaar. Die gefundeerde marteling zorgt ervoor dat ik dit afwas zonder breuken en met crisiskalmte de toegesnelde hulp kan geruststellen.

Na de BAAAAAAFFFFFFFFFF ! is handelen nog een heel ander chapiter. Je gaat dan immers je rechts wel erg gekneusde en ei zo na ontwrichte lijf zo voelen. En geloof me, dat wil je niet, met weekend voor de deur.

Inmiddels ben ik beurs als ’n gladiator. Verbouwereerd vordert mijn grijze massa : ‘Koffie en chocola !’ Midderwijl is ze druk met endorfines en vooral adrenaline.

Als ik alles op heb, vinden mijn celletjes het tijd voor Flex.

Ik geef ze groot gelijk en ga dus aan de bel. Maar Murphy is er ook nog, dat wordt karwei.

Mrs. Flex neemt op. Beloven is goed, maar weten nog beter, inzake boodschappen. Geen idee meer wat ik zei, en hoe, maar ik kan de beste dame wel zoenen, als Flex zich instant zélf meldt. Goeie zet om in z’n tijd in te breken, zegt z’n stilte, als ie me ziet.

En nu ? Nog niet alles, maar beter – er zit schot in.

Maar auch, die Valentijn, zeg ! Deze editie was ’t meer Valenpijn !